De Duitse psycholoog Kurt Lewin onderzoekt en beschrijft met zijn medewerkster Anitra Karsten in Berlijn de “Psychische (Über)sättigung von der Arbeit”. Dit fenomeen resulteert in een ‘aversie’ tegenover het werk, een ’niet meer kunnen, ondanks…”. Iets wat door de werknemer als een persoonlijk falen wordt beschouwd.
Burn-out: Een korte historiek
De oorspronkelijk Duitse psycho-analyticus Herbert Freudenberger (net als Lewin vluchtte zijn familie ook voor de Nazis naar de VS) engageerde zich in sociale projecten in New York en observeerde er bij zijn medewerkers (en tweemaal bij zichzelf) wat hij de naam ‘burn-out’ gaf.
Christina Maslach en haar echtgenoot Philip Zimbardo zorgen via hun onderzoek in Berkeley dat het concept nu duidelijk “geoperationaliseerd” wordt, een meetinstrument wordt ontwikkeld (Maslach Burnout Inventory) waarbij het concept wereldwijd bekendheid bekomt.
Het burn-out-syndroom wordt gekenmerkt door drie criteria: emotionele uitputting, depersonalisatie en verminderde persoonlijke efficiëntie. Een multidimensioneel concept dus en Maslach beklemtoont dat het niet om een medische diagnose gaat (in tegenstelling tot depressie), maar dat het om een conditie gaat die beperkt blijft tot de arbeidssituatie.
Sindsdien werden heel wat alternatieve theorieën geformuleerd; enkele daarvan zien het syndroom eerder als een “unidimensioneel” construct (kernelement is de “exhaustion’ of “uitputting”).
Hobfoll en Shirom formuleren burn-out (en ontwikkelen een instrument, de Shirom-Melamed Burnout Measure) dat als basis “exhaustion” neemt, meer bepaald het stilaan ontbreken van benodigde energie. Het instrument omvat drie subschalen: fysische, emotionele en cognitieve uitputting. Deze stroming baseert zich op de Conservation of Resources (COR) theorie.
De wereldgezondheidsorganisatie (WHO) erkent burnout door het officieel mee op te nemen in de International Classification of Diseases (ICD-11). Volgens de ICD-11, kan de diagnose burnout gesteld worden als werknemers volgende symptomen vertonen:
- gevoel van fysieke uitputting;
- een grotere mentale onthechting tav. het werk, of gevoelens van negativisme of cynisme gerelateerd aan het werk;
- verminderde professionele doeltreffendheid.
Vooraleer artsen de diagnose burnout kunnen stellen, dienen ze eerst aanpassings-, angst- of stemmingsstoornissen uit te sluiten. Bovendien verwijst burnout specifiek naar een fenomeen in de werkcontext en zou het niet toegepast worden om ervaringen in andere levensdomeinen te omvatten, zo beschrijft de ICD-11.Hoewel de ICD-11 burnout niet als medische conditie, maar eerder als een werk-gerelateerd fenomeen beschouwt, is de beschrijving in de ICD-11 een belangrijke stap in de erkenning van burnout.